- Recepten (107)
- In the spotlights (44)
- Algemeen (78)
- Wijntips (90)
- Wijnnieuws (8)
In een wijnbeschrijving staat vaak beschreven wat het karakter van de desbetreffende wijn is. Er worden vaak termen, zoals fruitig, rijp, elegant, vol en fris gebruikt. Wat zijn nou de eigenschappen van deze termen en hoe herken je ze in wijn? Dit keer vertellen wij u het verschil tussen rijp-fruitig en fris-fruitig.
Kenmerken fris-fruitige wijnen
Fris-fruitige witte wijnen staan bekend om hun droge en verfrissend rinse smaak. De meeste fris-fruitige witte wijnen zijn bedoeld om jong te drinken. Dan zijn hun zuurgraad en fruit namelijk maximaal. Fris-fruitige witte wijnen zijn het lekkerst als je ze gekoeld, op ongeveer 8 – 10 graden, drinkt.
De productie van fris-fruitige wijnen is als volgt:
- Witte of blauwe druiven worden verzameld en gesorteerd
- Druiventrossen worden ontsteeld in de égrappoir (=een ontsteelapparaat)
- Druiven worden geperst en de most blijft enige uren op zijn eigen schillen liggen. Vervolgens worden schillen en pitten van elkaar gescheiden.
- De most vergist, zonder de schillen, in circa twee weken tot wijn. Dit gebeurt bij een vergistingstemperatuur van ongeveer 15-20 graden. Hierbij geldt: hoe lager de temperatuur, hoe beter voor de aroma-ontwikkeling
- De wijn wordt een korte tijd, minimaal 10 dagen, gekoeld in opslagtanks om te bezinken en te stabiliseren
- Kort daarna worden de wijnen geklaard en gebotteld voor verkoop
Een voorbeeld van fris-fruitige wijnen zijn wijnen van de Albariño, Sauvignon Blanc en Pinot Gris, Riesling.
Kenmerken rijp-fruitige wijnen
Rijpere, vollere witte wijnen staan bekend om hun rijke, stevige aroma's. Ze komen vaak uit een warm klimaat. Een deel van deze wijnen krijgt malolactische gisting: een proces in het maken van wijn waarbij appelzuren in melkzuur en koolstofdioxide worden omgezet. De meeste krijgen ook lie-rijping (rijpen op gisting) en houtrijping. Dit geeft deze wijnen de kenmerkende aroma's van room, vanille en boter. Ook deze wijnen drink je gekoeld rond 10 – 12 graden.
De productie van rijp-fruitige wijnen is als volgt:
- Witte of blauwe druiven worden verzameld en gesorteerd
- Druiventrossen worden ontsteeld in de égrappoir (=een ontsteelapparaat)
- Druiven worden geperst en de most blijft enige uren op zijn eigen schillen liggen. Vervolgens worden schillen en pitten van elkaar gescheiden.
- De most vergist, zonder de schillen, in circa twee weken tot wijn. Dit gebeurt bij een vergistingstemperatuur van ongeveer 15-20 graden. De wijn rust op zijn 'lie'. Dit zijn afgestorven gistcellen die af en toe worden rond geroerd.
- In sommige gevallen rijpt de wijn enige tijd op een houten vat. Zo krijgt de wijn houtaroma's en tannines.
- Kort daarna worden de wijnen geklaard en gebotteld voor verkoop
Tijdens het rijpen zetten malolactische bacteriën 'groene appel-achtig' appelzuur om in 'romig' melkzuur. Malo kan gestopt worden door de wijn te koelen onder 20 graden.
Een voorbeeld van fris-fruitige wijnen zijn wijnen van de Chardonnay, Pinot Gris en Viognier.
Wijntips bij dit bericht:
-
Proefpakket strakdroog & fruitig wit (6 flessen)
Een mooie selectie van zes strakdroge en fruitige witte wijnen. Alle zes de wijnen zijn meer dan de moeite waard! ..Lees meer
€ 51,35 € 48,95 -
Proefpakket zacht, tropisch & fruitig wit (6 flessen)
Proefpakket met wijnen die direct plezieren en niet snel zullen vervelen. ..Lees meer
€ 47,85 € 44,95